Café restaurant ‘De Halve Stuiver’ was gevestigd op de hoek van de Reggersweg en de Hoogeveenseweg naast het Diaconessenhuis. Omdat het naast het ziekenhuis lag waren de klanten voor een deel medewerkers, bezoekers maar soms ook patiënten uit het Diaconessenhuis. In het ziekenhuis waren toendertijd nog geen uitgebreide faciliteiten om te eten en te drinken. De familie Scheper, de exploitanten van de horecagelegenheid, boden die wel.
Sommige medewerkers van het ziekenhuis hadden een ‘eetabonnement’ en op vrijdagavond was het een goede plek om een borrel te drinken. In koude winters was het soms de pleisterplaats van vermoeide sportievelingen uit Meppel die hadden geschaatst op de ijsbaan van de Oosterboer, die lag naast de Reest tegenover het tolhuis. In de tweede helft van de jaren tachtig is ‘De Halve Stuiver’ verdwenen om ruimte te maken voor de uitbreiding van de poliklinieken. Het bezoekersrestaurant in het ziekenhuis is daarna uitgebreid met een eet- en drinkgelegenheid.
De naam Halve Stuiver is afkomstig van het ‘Halve Stuuver pattie’. In de volksmond werd de Reggersweg zo genoemd. Vlakbij de Reest was namelijk een tolhuis waar passanten een halve stuiver (twee en halve cent) moesten betalen om te mogen passeren.